Ik werk nog even door

Webconsult

Fluitend naar de eindstreep? Dat zal niet iedereen gegund zijn. Maar wel Otto Wiegman. Hij ziet geen enkele reden het rustiger aan te doen. Pensioen is iets voor later, wat hem betreft. Al wil hij wel een paar dingen weten. Daarover praat hij, via het computerscherm, met pensioenconsulent Michael Bührs. 

Otto Wiegman – 65 jaar – woont in Berkel en Rodenrijs – werkt 4 dagen als chauffeur bij Van der Mark Transport in Rotterdam en 1 dag als zzp’er – is getrouwd met Lieneke (63) – gaat met pensioen: onbekend – krijgt AOW vanaf 4 juli 2023.

 

Elke zondag skaten

Hij komt over als een man die je niet snel van zijn stuk brengt. Zijn postuur verraadt lichamelijk werk. “Ik ben vroeg begonnen met sjouwen. Maar al ben ik 65, ik werk nog altijd met plezier.” 

Natuurlijk, de kans wordt groter dat je iets gaat mankeren. “Maar ik heb nergens last van. Ik ben fit, ga elke zondag skaten. En eens per jaar gaan we met zijn allen lekker skiën in Oostenrijk.”

Omdat hij nieuwsgierig is naar wat hij te besteden heeft als hij wel met pensioen is, heeft Otto een video-afspraak met pensioenconsulent Michael Bührs. 

Hij begint met een verontschuldiging: “Het is misschien slordig. Maar ik heb pas vorig jaar voor het eerst gekeken naar mijn pensioenopbouw.”

Michael: “Helemaal niet gek hoor. Zo werkt dat bij meer mensen.”

Otto: “Ja, ik begon te denken: hoe groot zou mijn pensioen eigenlijk zijn?”

Michael: “En? Je logde in op pfvervoer.nl en… wat dacht je toen?” 

Otto: “Wat me opviel: ik ga er nauwelijks op achteruit.” 

Otto vertelt dat hij meteen zijn vrouw Lieneke bij de computer had geroepen: “Kijk, als ik stop met werken als ik AOW krijg, houden we toch bijna hetzelfde inkomen!” 

Michael: “Was je positief verrast?”

Otto: “Het viel helemáál niet tegen.”

 

Minder avontuurlijk

Otto is eigenlijk gediplomeerd scheepskok, maar hij werd vrachtwagenchauffeur. “Ik begon in het bedrijf van mijn vader, hij had een paar meubelzaken. Ik verving een zieke chauffeur en ben blijven hangen.”

Jaren daarna belandde hij in het transport van vuilcontainers, later in producten uit de land- en tuinbouw. Nu werkt hij alweer ruim een kwart eeuw bij Van der Mark Transport in Rotterdam. Het vak is hem dierbaar, al is het minder avontuurlijk. “Vroeger moest je je zien te redden zonder telefoon en navigatie.”

Het is ook minder vrij. “Tegenwoordig wordt álles gecontroleerd. Dat vond ik eerst best lastig. Aan de andere kant: het is ook goed dat je als chauffeur wordt gedwongen om geregeld rust te nemen.”

 

Ook nog zzp’er

Otto is vier dagen per week in dienst bij Van der Mark. “Daarnaast werk ik als zzp’er.” 

Hij heeft voor zichzelf een handel in pallets en werkt op vrijdag, zaterdag en in de avonduren bij verschillende bedrijven. Het meest bij een groothandel in magazijninrichting. 

Michael: “Dan is het goed om dáár even naar te kijken. Want omdat je in je eigen zaak werkt, maak je minder uren bij je werkgever. Daardoor bouw je waarschijnlijk ook mínder pensioen op.” 

Michael pakt het pensioendossier erbij en toont dat via het beeldscherm aan Otto, die thuis aan de keukentafel zit.

Michael: “Hier staat het. Je werkt vier dagen bij Van der Mark. Maar in de praktijk maak je toch net zoveel uren als toen je vijf dagen werkte?”

Otto: “Dat klopt, ja.”

Michael: “Daardoor loopt jouw pensioenopbouw voor 99,9 procent gewoon door.”

Otto: “Oké. Maar stel dat ik nog maar drie dagen in dienst blijf. Wat zijn dan de consequenties?”

Michael: “Dan heb je het over een contract van 24 uur. Maar jij gaat vermoedelijk ook dan in de praktijk méér uren maken dan die 24?”

Otto: “Dat denk ik wel.”

Michael: “Je bouwt altijd pensioen op basis van het aantal gewerkte uren op, niet op basis van het aantal uren in je arbeidscontract. Die ene extra dag minder werken, betekent dat je uiteindelijk maandelijks misschien 10 of 15 euro minder pensioen minder krijgt.”

 

Middelloon

Otto is verbaasd. “Ze zeggen altijd: die laatste jaren minder werken… dat kost je zó veel. Dat klopt dus niet?”

Michael: “Dat klopt inderdaad niet. Onze regeling volgt het ‘middelloon’. Dat betekent dat je geleidelijk toewerkt naar een gemiddelde van het salaris dat je in de veertig, vijftig jaar daarvoor verdiende. De gevolgen van eerder stoppen zijn dus beperkt.”

Otto kijkt alsof hij het nauwelijks kan geloven.

Michael: “Het wordt natuurlijk wat anders als je een deel van je pensioen laat ingaan om het verlies aan salaris te compenseren. Daardoor wordt je pensioen als het volledig ingaat wat lager. Maar ook dat valt meestal erg mee.”

Otto: “Ok, maar ik ga niet een deel van mijn pensioen naar voren halen.” 

 

Nul-urencontract

Otto zegt dat hij voorlopig gewoon blijft werken. Deels bij Van der Mark, deels voor zichzelf.

Michael: “Dan heb ik nog een advies. In juli 2023 krijg je AOW. Op dat moment vervalt je arbeidsovereenkomst. Als je dan een nul-urencontract afsluit, krijg je nog steeds salaris over de gewerkte uren. En via je werkgever ga je dan door met het opbouwen van pensioen. Dat kan tot aan je 68^e verjaardag. Daarna stop je hoe dan ook met het opbouwen van pensioen.” 

Otto: “Leuk. Is er een grens aan hoeveel ik mag verdienen?”

Michael: “Nee, maar let op: tot aan 35.000 euro betaal je 19 procent belasting. Daarboven wordt het meer.”

 

Niet gekort

Otto stelt nog een andere zaak aan de orde. Van ex-collega’s hoort hij dat ze op hun pensioen gekort zijn. “Dat vind ik toch wel zorgelijk.”

Michael: “Collega’s in het vervoer?”

Otto: “Nee, uit mijn tijd in de metaal en de tuinbouw.”

Michael: “Aha, dat vermoedde ik al. Want Pensioenfonds Vervoer heeft de pensioenen nog nooit hoeven verlagen, gelukkig.” 

Michael legt uit dat het pensioenfonds een stichting is, zonder winstoogmerk. Dat er een bestuur is met vertegenwoordigers van de werkgevers en van de vakbonden. “Het gezamenlijke doel is een goed pensioeninkomen. Tegen zo laag mogelijke kosten.”

Otto: “Ik heb de indruk dat ons pensioenfonds het qua beleggen goed doet?”

Michael: “De pensioenpremies worden belegd in een mix van aandelen en obligaties. Dat doen we om de risico’s te spreiden. En de resultaten zijn inderdaad zeker niet slecht. Als we de premies op de bank zouden zetten, halen we nooit het rendement dat nodig is voor een goed pensioen.”

 

Extra partnerpensioen

Michael zegt dat hij nóg iets wil bespreken: “Het partnerpensioen voor je vrouw.” Otto kijkt hem vragend aan.

Michael: “Als jij onverhoopt overlijdt, krijgt je vrouw een partnerpensioen van 900 euro per maand. Dat is totdat ze AOW krijgt het énige inkomen. Daarna komt de AOW erbij. Dat is bij elkaar genoeg. Maar tot ze AOW krijgt ze het doen met die 900 euro.”

Nu kijkt Otto geschrokken: “Nooit geweten!”

Michael: “Daarom vertel ik het ook. Want je kunt er nog wat aan doen. Je kunt een verzekering afsluiten voor een ‘tijdelijk extra partnerpensioen’. De premie kost je misschien 15 euro per maand. Maar áls jou wat overkomt dan wordt haar inkomen aangevuld tot ruim 2.000 euro.” 

Otto: “Hoe regel ik dat? Wacht, ik pak een papiertje.” 

Hij noteert dat hij zijn werkgever kan vragen de verzekering voor tijdelijk extra partnerpensioen voor hem te regelen. Hij betaalt de premie via zijn salaris. Heeft hij er verder geen omkijken naar. Otto: “Wát een goed idee. Ik vond het sowieso een verhelderend gesprek. Ik weet nu beter wat me te wachten staat en welke keuzes ik heb. Dat geeft me een fijn gevoel.”